2 Kronieken 32:14

SVWie is er onder alle goden derzelver natien, dewelke mijn vaders verbannen hebben, die zijn volk heeft kunnen redden uit mijn hand, dat uw God u uit mijn hand zou kunnen redden?
WLCמִ֠י בְּֽכָל־אֱלֹהֵ֞י הַגֹּויִ֤ם הָאֵ֙לֶּה֙ אֲשֶׁ֣ר הֶחֱרִ֣ימוּ אֲבֹותַ֔י אֲשֶׁ֣ר יָכֹ֔ול לְהַצִּ֥יל אֶת־עַמֹּ֖ו מִיָּדִ֑י כִּ֤י יוּכַל֙ אֱלֹ֣הֵיכֶ֔ם לְהַצִּ֥יל אֶתְכֶ֖ם מִיָּדִֽי׃
Trans.mî bəḵāl-’ĕlōhê hagwōyim hā’ēlleh ’ăšer heḥĕrîmû ’ăḇwōṯay ’ăšer yāḵwōl ləhaṣṣîl ’eṯ-‘ammwō mîyāḏî kî yûḵal ’ĕlōhêḵem ləhaṣṣîl ’eṯəḵem mîyāḏî:

Algemeen

Zie ook: Hand (lichaamsdeel)

Aantekeningen

Wie is er onder alle goden derzelver natien, dewelke mijn vaders verbannen hebben, die zijn volk heeft kunnen redden uit mijn hand, dat uw God u uit mijn hand zou kunnen redden?


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

מִ֠י

Wie

בְּֽ

is er onder alle

כָל־

-

אֱלֹהֵ֞י

goden

הַ

-

גּוֹיִ֤ם

natiën

הָ

-

אֵ֙לֶּה֙

derzelver

אֲשֶׁ֣ר

dewelke

הֶחֱרִ֣ימוּ

verbannen hebben

אֲבוֹתַ֔י

mijn vaders

אֲשֶׁ֣ר

die

יָכ֔וֹל

heeft kunnen

לְ

-

הַצִּ֥יל

redden

אֶת־

-

עַמּ֖וֹ

zijn volk

מִ

-

יָּדִ֑י

mijn hand

כִּ֤י

dat

יוּכַל֙

zou kunnen

אֱלֹ֣הֵיכֶ֔ם

uw God

לְ

-

הַצִּ֥יל

redden

אֶתְ

-

כֶ֖ם

-

מִ

-

יָּדִֽי

mijn hand


Wie is er onder alle goden derzelver natien, dewelke mijn vaders verbannen hebben, die zijn volk heeft kunnen redden uit mijn hand, dat uw God u uit mijn hand zou kunnen redden?


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!